Fouten maken

Groep: 4 

Duur: 30 minuten 

Ruimte: klaslokaal

Materialen: Briefjes met voorbeeldfouten

Doel(en):

• De leerlingen kunnen een scène bedenken waarin iemand een kleine fout maakt en iemand anders aangeeft dat het niet erg is. 
• De leerlingen leren wat een kleine en een grote fout is en weten dat het niet erg is om fouten te maken.

Inleiding:

De leerlingen gaan in een kring staan. We gaan het spel verboden getal spelen. Het verboden getal is bijvoorbeeld 2. In de kring begint de leerkracht met tellen. De leerling die ernaast staat telt verder. Echter als de leerlingen een getal tegenkomen waar een drie in voorkomt( drie, dertien, dertig, drieëndertig etc.) dan mag dit getal niet genoemd worden. In de plaats van die getallen zet de leerling de vinger tegen de mond en zegt: " Sssttt!" Stel je voor een leerling zegt het verboden cijfer perongeluk, speelt die leerlingen heel overdreven dat het flauwvalt. Deze leerling gaat zitten en speelt niet meer mee. Je kunt dit spel stoppen wanneer je zelf wilt. 

Warming-up:

Ga met de leerlingen in gesprek over het maken van fouten. Hebben de leerlingen wel eens fouten gemaakt? (ja eigenlijk maakt iedereen wel eens fouten). Zijn er ook wel eens leerlingen geweest die een fout maakten en moesten lachen om hun eigen fout? Praat met de leerlingen over het maken van fouten en dat dit eigenlijk menselijk is. Iedereen maakt tenslotte fouten.  

Kern:

Als we fouten maken kunnen we zowel spreken van verschillende fouten. Je hebt kleine en grote fouten. Als we een verkeerd antwoord geven dan is dit een kleine fout. Maar als we expres een iemand pootje lappen dan is dat een grote fout. Verdeel de groep in kleine groepjes van drie á vier leerlingen en laat de leerlingen in kleine groepen praten over kleine fouten, wat zijn kleine fouten? Hebben jullie ook al eens kleine fouten gemaakt? Hierna gaan de leerlingen samen een kort verhaaltje bedenken waarbij een leerling een kleine fout maakt. Dit wordt ook verbeeld en echt gespeeld. De andere leerling zegt in de scène dat het niet erg is om fouten te maken. De derde leerling is de regisseur en mag aangeven wat er goed gaat en wat eventueel verbeterd kan worden.

Als leerlingen het moeilijk vinden om een kleine fout te bedenken kunt u ze een van de voorbeeld kaartjes geven. Deze kunt u vinden in de bijlage onderaan aan deze pagina. 

Afsluiting:

De scenes worden voor de hele groep gespeeld. Bespreek met de klas hoe je hier nog meer op kunt reageren.